نصائح قوية ومهمة جدا لكل من يرغب في تعلم اللغة الالمانية

يكتب‬	s-------- schrijven
‫هو كتب رسالة.‬	H-- s------ e-- b----. Hij schreef een brief.
‫وهي كتبت بطاقة.‬	E- z-- s------ e-- k----. En zij schreef een kaart.
يقرأ‬	l---- lezen
‫هو قرأ مجلة.‬	H-- l-- e-- t----------. Hij las een tijdschrift.
‫وهي قرأت كتاباً.‬	E- z-- l-- e-- b---. En zij las een boek.
يأخذ	n---- nemen
‫هو أخذ سيجارة.‬	H-- n-- e-- s------. Hij nam een sigaret.
‫وهي أخذت قطعة شوكولا.‬	Z-- n-- e-- s--- c------. Zij nam een stuk chocola.
‫هو كان غير مخلص، أما هي فكانت مخلصة.‬	H-- w-- o------, m--- z-- w-- t----. Hij was ontrouw, maar zij was trouw.
‫هو كان كسولاً، أما هي فكانت مجتهدة.‬	H-- w-- l--, m--- z-- w-- i------. Hij was lui, maar zij was ijverig.
‫هو كان فقيراً، أما هي فكانت غنية.‬	H-- w-- a--, m--- z-- w-- r---. Hij was arm, maar zij was rijk.
‫لم يكن لديه مال، وإنما ديون.‬	H-- h-- g--- g---, m--- s-------. Hij had geen geld, maar schulden.
‫لم يكن محظوظاً، وإنما منحوساً.‬	H-- h-- g--- g----, m--- p---. Hij had geen geluk, maar pech.
‫لم يكن ناجحاً، وإنما فاشلاً.‬	H-- h-- g--- s-----, m--- t--------. Hij had geen succes, maar tegenslag.
‫لم يكن مسروراً، وإنما مستاءاً.‬	H-- w-- n--- t-------, m--- o---------. Hij was niet tevreden, maar ontevreden.
‫لم يكن سعيداً، وإنما يائساً.‬	H-- w-- n--- g-------, m--- o---------. Hij was niet gelukkig, maar ongelukkig.
‫لم يكن ظريفاً، وإنما ثقيل الظل.‬	H-- w-- n--- s---------, m--- o-----------. Hij was niet sympathiek, maar onsympathiek.

‫هل اضطررت إلى طلب سيارة إسعاف؟‬	M---- j- e-- z--------- r-----? Moest je een ziekenauto roepen?
‫هل اضطررت إلى استدعاء الطبيب؟‬	M---- j- d- a--- r-----? Moest je de arts roepen?
‫هل اضطررت إلى طلب الشرطة؟‬	M---- j- d- p------ r-----? Moest je de politie roepen?
‫أبحوزتك رقم الهاتف؟ كان لدي منذ قليل.‬	H---- u h-- t-------------? Z------ h-- i- h-- n--. Heeft u het telefoonnummer? Zojuist had ik het nog.
‫أبحوزتك العنوان؟ كان لدي منذ قليل.‬	H---- u h-- a----? Z------ h-- i- h-- n--. Heeft u het adres? Zojuist had ik het nog.
‫أبحوزتك مخطط المدينة؟ كان لدي منذ قليل.‬	H---- u d- p----------? Z------ h-- i- h-- n--. Heeft u de plattegrond? Zojuist had ik hem nog.
‫هل أتى في الموعد؟ لم يتمكن من القدوم في الوقت المناسب.‬	K--- h-- o- t---? H-- k-- n--- o- t--- k----. Kwam hij op tijd? Hij kon niet op tijd komen.
‫هل وجد الطريق؟ لم يتمكن من العثور عليه.‬	V--- h-- d- w--? H-- k-- d- w-- n--- v-----. Vond hij de weg? Hij kon de weg niet vinden.
‫هل فهمك؟ لم يتمكن من فهمي.‬	B------ h-- j--? H-- k-- m-- n--- b--------. Begreep hij jou? Hij kon mij niet begrijpen.
‫لما لم تأتِ في الوقت المناسب؟‬	W----- k-- j- n--- o- t--- k----? Waarom kon je niet op tijd komen?
‫لما لم تتمكن من إيجاد الطريق؟‬	W----- k-- j- d- w-- n--- v-----? Waarom kon je de weg niet vinden?
‫لما لم تتمكن من فهمه؟‬	W----- k-- j- h-- n--- v-------? Waarom kon je hem niet verstaan?
‫لم أتمكن من القدوم، لأن الحافلات لا تسير.‬	I- k-- n--- o- t--- k----, o---- e- g--- b-- r---. Ik kon niet op tijd komen, omdat er geen bus reed.
‫لم أتمكن من إيجاد الطريق، إذ لم يكن لدي مخطط المدينة.‬	I- k-- d- w-- n--- v-----, o---- i- g--- p---------- h--. Ik kon de weg niet vinden, omdat ik geen plattegrond had.
‫لم أتمكن من فهمه، لأن الموسيقى كانت صاخبة بشكل.‬	I- k-- h-- n--- v-------, o---- d- m----- z- h--- s----. Ik kon hem niet verstaan, omdat de muziek zo hard stond.
‫اضطررت لأخذ سيارة أجرة.‬	I- m---- e-- t--- n----. Ik moest een taxi nemen.
‫اضطررت لشراء مخطط للمدينة.‬	I- m---- e-- p---------- k----. Ik moest een plattegrond kopen.
‫اضطررت لإطفاء المذياع.‬	I- m---- d- r---- u--------. Ik moest de radio uitzetten.